Hoewel steeds meer betalingen online worden gedaan, blijft het concept van munt- en briefgeld bestaan. Veel ondernemers hebben nog dagelijks met contant geld te maken. Zoals pas in het nieuws was te lezen, zijn er misschien minder winkels maar meer horecazaken. Deze ontvangen dagelijks nog altijd contant geld. Voor de klant zijn de bedragen wellicht niet van grote waarde. Maar een dagomzet in contanten kan voor een ondernemer een behoorlijke waarde hebben. Daarom is het van belang dat de biljetten veilig zijn. Vervalsers zijn steeds weer in staat om biljetten te vervalsen. Het briefgeld beveiligen is daarom ook een taak van de Europese Centrale Bank.
Briefgeld beveiligen door ECB
“De Nederlander Ton Roos heeft er als directeur bankbiljetten bij de Europese Centrale Bank met zijn team jarenlang aan gewerkt. Het vernieuwde briefje van 50 euro, dat je vanaf morgen uit de geldautomaat kan trekken. Het is nodig, want het 50 eurobiljet is het populairst bij vervalsers. Roos: “Het is een voortdurende strijd met valsemunters, die we altijd willen winnen.” aldus het nieuwsbericht op de website van RTL Z.
Waarom beveiligen?
Geld is te maken, dus is het ook na te maken. Hoe moeilijk je het een vervalser ook maakt, als de technologie en de materialen er zijn om geld te maken, dan komt er een dag dat hij het geld na kan maken. Dat kan zijn dat de technologie en materialen bekend worden. Of dat er een valsemunter is die de kwaliteit zodanig kan kopiëren, dat er geen verschillen meer te merken zijn. In principe zijn er twee categorieën vervalsingen. Een categorie waar je als leek het verschil niet ziet. En een categorie waar zelfs een expert en/of machine het verschil nauwelijks meer ziet. Hoewel dat zo moeilijk is, dat het nauwelijks voorkomt. Als de jaren verstrijken krijgen de criminelen die zich met vervalsingen bezighouden, steeds meer de kans om hun namaak te verbeteren.
Nieuw 50 eurobiljet
Juist het 50 eurobiljet is een populair briefje voor vervalser. Vanwege de ‘geringe’ waarde ten opzichte van biljetten met grotere waarde, is het risico op strenge controle kleiner. Daarom is de kwaliteit van de vervalsing iets minder belangrijk dan bij duurdere biljetten. Een 5, 10 of 20 eurobiljet zou dus nog meer in het voordeel zijn. Maar vrijwel iedere vervalser heeft als doel om er rijk van te worden. Het maken van goede vervalsingen kost veel. Om deze kosten terug te kunnen verdienen, moet er veel ‘omzet’ worden gedraaid. Met een 50 eurobiljet gaat dit wat makkelijker dan 5 eurobiljetten.
Steeds vernieuwen
Omdat de technologie snel verder ontwikkelt is het van belang dat men steeds weer verder gaat met het beveiligen van het geld. Niet alleen de technologie om geld beter te maken wordt beter, maar ook de technologie om het na te maken. Daarom moet een instantie, zoals de ECB, steeds bezig zijn met briefgeld beveiligen.
Hoewel we er vaak niet bij stilstaan is de veiligheid van het geld belangrijk. Stel dat je net een restaurant bent begonnen, of een andere onderneming, ieder tientje telt. Als je meerdere malen per week achterblijft met een 50 eurobiljet die niets waard is, dan is dat behoorlijk waardeloos.
